English | Español | Portugués | Italiano | Français | Deutsch | Nederlands | August 15, 2018 | Issue #43 | |||||
“Niets dan vuiligheid om te drinken” in de Comarca LaguneraIn het land van Pancho Villa hebben vruchtbare, gemeenschappelijke landbouwgronden plaats gemaakt voor droogte en armoede. Strijdende landbouwers wachten met hoop op de Andere Campagne.Door Dan Feder
|
Foto: D.R. 2006 Martina Morazzi |
De ejidos die ooit deel uitmaakten van de Comarca Lagunera, vormen vandaag een alsmaar groeiend stadsgebied. De vruchtbare zone was één van de grootste in deze grensstreek waartoe de staten Coahuila en Durango behoren en was het resultaat van grondherverdelingen tijdens het presidentschap van Lázaro Cárdenas (1934–1940), vader van Cuahtémoc. De regio groeide snel uit tot één van de meest productieve landbouwzones van het land. Duizenden landbouwers bewerkten hun eigen land en specialiseerden zich in katoen. Dit alles zonder bazen noch landheren. De regering startte een openbare landbouwuniversiteit om de boeren nieuwe technieken aan te leren. Maar de streek Comarca Lagunera die Delegado Zero dit weekend bezocht heeft een gedaanteverwisseling doorstaan. Het is een regio met waterschaarste waar de oorpsronkelijke landeigenaars hun gronden, parceel na parceel, zien verdwijnen in de handen van enkele rijke inwoners.
“Het platteland produceert niets meer,” zei een landbouwer die op 3 november de micro nam in La Hormiguera, de eerste van de 3 ejidos die de Andere Campagne bezocht in de Comarca. “We kunnen zelfs niet meer voorzien in onze eigen verbruik. De Comarca Lagunera was een groot landbouwcentrum ; het was een plaats waar we onze eigen maïs en bonen verbouwden. Vandaag eten we alles uit blik. We kopen onze voeding in grootwarenhuizen als Sam’s Club en Soriana, die niet eens met Mexicaans kapitaal gebouwd zijn.”
De volgende dag, tijdens een bijeenkomst met “aanhangers” (die de Zesde Verklaring en de Andere Campagne onderschreven en de volgende stappen willen plannen) in Torreón (de grootste stad in de Comarca), vertelden enkele landbouwers van de ejido El Cambio over hun verzet tegen een zakenman die het gemunt heeft op zo’n 300 hectaren gemeenschapsgronden.
“Alle ejido-leden zijn in het bezit van een papier getekend door president Fox dat ons als eigenaars van dit land erkent.”, zei één van de landbouwers. Desondanks worden 216 gezinnen die deel uitmaken van de ejido vervolgd door de lokale autoriteiten en behandeld als illegale bewoners in hun eigen land, dit als gevolg van legale manipulaties door de zuivelproducent Hugo Cornu Mainez. “Er zijn aanhoudingsarresten tegen 30 landbouwers en twee van ons zaten achter de tralies.”
Marcos en de rest van de Andere Campagne bezochten de volgende dag El Cambio, waar ze hartelijk ontvangen werden door een menigte van honderden ejido-leden – oude mannen met cowboy-hoeden. Spelende kinderen renden rond hun moeders. Marcos vernam hier meer details over de strijd om hun gronden terug te winnen. Als gevolg van een door wanhopige mensen onder druk getekend contract worden die gronden nu door anderen beheerd.
“Wat goed dat je gekomen bent,” zei een vrouw hem, “zodat dit op nationaal niveau bekend raakt : de geleden fraude en een regering die ons niet helpt. Ze stuurden ons naar Saltillo, de hoofdstad van de staat. Eens in Saltillo zonden ze ons naar Mexico Stad. De mensen zijn nu volledig uitgeput, zowel moreel als financieel. We staan tegenover een grote macht : geld. We weten dat geld bergen verzet en wij hebben geen enkele cent.”
De grootste belediging volgens Guadalupe Hernández Sandoval is dat melk op hun eigen land (verhuurd aan $8 dollars per hectare per maand volgens contract dat zij niet meer kunnen wijzigen) verkocht wordt aan prijzen die zij niet kunnen betalen.
Foto: D.R. 2006 Alice Serena |
Sinds de grote investeringen in de grote zuivelindustrie heerst er waterschaarste in de regio die bekend werd als “de lagune”. De moeraslanden van toen liggen er nu droog en stofferig bij en de waterhoudende onderlagen kunnen de industrie boven hen niet meer voorzien.
Samen met de neoliberale hervormingen onder Salinas verschenen de maquiladoras, de zogenaamde “zweetfabrieken”, die zich sinds de NAFTA overal in Mexico verspreiden. Bijna alle ejidos hebben nu een maquiladora op hun terrein. Niemand kan nog (over)leven van landbouw. Wie niet kan emigreren naar de grote steden of naar de VS, komt terecht in een lokale maquiladora. De ejidos in de Comarca, oorspronkelijk een product van de Revolutie gestreden door Emiliano Zapata en Pancho Villa (de zoon van Pancho was aanwezig op de laatste bijeenkomst in Comarca, in aanwezigheid van zijn kleinzoon) zijn nu omgevormd tot industriesteden.
In de ejido Lequeitio in de stad Las Mercedes, stonden 4 maquila-arbeidsters hun collega bij tijdens de publieke bijeenkomst op 4 november. Ze luisterden naar de herkenbare ellendige levensomstandigheden waarin hun zusters uit la Laguna leven.
“Er is hier een maquiladora die ons 200 of 250 pesos per week betaald, we maken er broeken,” vertelde een vrouw (zoals gewoonlijk tijdens de “koers” van Delegado Zero was het onmogelijk de namen te bekomen van de sprekers in Lequeitio). Dat is minder dan 18 euro per week. In het “welvarende” Noorden van Mexico waar de levenskosten erg hoog liggen, is dat een grap.
Don Jesús Villa (rechts), zoon van Generaal Pancho Villa, met Don Juan Chávez van het Nationaal Indianencongres in Gómez Palacio, Durango. Foto: D.R. 2006 Anna Mauri |
“Ik wil jullie vertellen dat we geen water hebben in de ejido waar ik leef.” Ze hield haar tranen tegen en ging verder: “De kleine landeigenaars besproeien hun luzerne, maïs, alles wat ze hebben, en wij hebben geen druppel water. Ik woon in de ejido San Juan de Uruay ejido, wie wil, kan komen zien of ze een druppel water kunnen krijgen uit mijn kraan. We drinken vuiligheid, niets anders dan vuiligheid, want dat is wat we als regen hebben hier in de Comarca.”
De term “kleine grondbezitters” heeft een heel ruime definitie. Het verwijst naar alle landeigenaars die geen groot bedrijf beheren. Een ejido-landbouwer sprak over “een kleingrondbezitter” wiens familie zo’n 250 waterputten controleert, terwijl volledige gemeenschappen er geen enkel hebben.
“Op dit moment,” zei Martín Contreras, een landbouwer uit de ejido La Pinta en vertrouwd met de ideeën en de terminologie van Marcos en de Andere Campagne, “geven ze ons een ellendige hoeveelheid water dat van boven komt…We moeten ons organiseren, niet aan de hand van vlaggen of politieke partijen maar op basis van onze eigen behoeftes en het simpele feit dat we dit niet meer kunnen aanvaarden. De waterhoudende grondlagen worden uitgebuit door kleine landeigenaars, door diegenen met geld. Er komen hier leiders langs, maar dat is enkel om te voldoen aan hun ego. Ik denk dat het tijd is om ons te verenigen.” Contreras legde uit dat zijn ejido een strijd voert tegen de Nationale Watercommissie, omdat hun rechten over een waterput verkocht werden aan een kleingrondbezitter zonder hen hierover te raadplegen. “Waar je ook kijkt, vind je schaamteloze mensen die deze zaken willen doen, maar als God het wil, kan jij ons helpen, Subcomandante Marcos.”
Toen Marcos het podium betrad, hielden de vier vrouwen naast jullie correspondent elkaar stevig vast en keken toe hoe Marcos hen toesprak met tranige ogen vol hoop.
“Chiapas is ver van hier, maar we herinneren ons dat wanneer we de wapens opnamen, men zich van hieruit mobiliseerde om ons te ondersteunen, eerst om de oorlog te stoppen, later om humanitaire hulp te zenden naar de Zapatistengemeenschappen, en nog later, jullie steun in 2001, toen we een mars hielden voor inheemse waardigheid met als eis dat de regering onze inheemse rechten en cultuur zou erkennen.”
“We hebben heel wat pijn gehoord hier in de Comarca, een pijn die niet bekend was. In de rest van het land zegt men dat het Noorden het goed heeft, dat enkel het Zuiden problemen kent. Wat we hier hoorden en zagen, toont dat er geen verschil bestaat tussen het Noorden en het Zuiden. Er is ook geen verschil tussen de ejido-landbouwers en de Indianen, geen verschil tussen de studenten, jongeren, vrouwen, bejaarden, de maquila en stadsarbeiders, de kleine handelaars. Er is geen verschil want we zijn allemaal van onderaan.”
Maquiladora – arbeidsters tijdens de bijeenkomst van de Andere Campagne in Lequeitio. Foto: D.R. 2006 Martina Morazzi |
“…Samen zullen we in opstand komen tijdens een nieuw “1 januari 1994”. Niet met wapens en kogels, maar met mensen die terugnemen wat hen toebehoort : land, waterputten, bedrijven, banken, fabrieken, de politiekers ten val brengen, iedereen, ons organiseren om te leven volgens onze noden, met waardigheid….Het lijkt dat het niet kan gebeuren, maar de dag is nabij, ik kom jullie dit vertellen, meer niet. Iedereen moet zijn eigen beslissing nemen, of hij wil wachten en toezien wat er gebeurt of dat hij wil deelnemen.”
“Felipe Calderón zal vallen, hij zal zijn termijn van 6 jaar niet uitdoen. Misschien denken velen onder jullie dat we praten over iets dat zal gebeuren over vele jaren. Maar zelfs de oudste mensen hier zullen het meemaken. Ze zullen het zien, dat beloven we. En diegene bovenaan, die zo blij zijn de botten (of benen?) te verdelen onder elkaar, denkende dat ze voor altijd zullen heersen, zullen binnen enkele jaren naar de muren van de gevangenis staren of zullen Mexico zien vanuit een ander land, want hier zullen ze niet meer passen.”
Marcos beloofde de strijdverhalen van de Comarca te verspreiden in de rest van het land en de anderen te laten weten dat mensen zoals zij opkomen tegen dezelfde machten.
“Het was heel goed”, vertelde één van de maquiladora-werkers nadat Marcos in de menigte verdween. “Als God het wil, zal dit realiteit worden en zal alles verbeteren. Zoals dat meisje daar zei, hier drinken we niets anders dan vuiligheid.”
vertaald door Murielle Coppin
Click here for more from The Other Journalism with the Other Campaign
Read this article in English
Lisez cet article en français
- The Fund for Authentic Journalism